Mensen vragen zich wel eens af of zij aan de goede of de foute kant van de geschiedenis zouden hebben gestaan als ze toen en daar hadden geleefd. Of iets er tussenin: niet opvallen in de hoop dat het snel overwaait.
Die vraag (‘goed’ of ‘fout’) dringt zich snel op als het gaat over de Tweede Wereldoorlog. Maar je kan die vraag ook stellen met het oog op relatief kleinere conflictsituaties in de geschiedenis. Bijvoorbeeld de periode van grofweg 1890 tot 1935 in Oss. In de tijd dat de Bende van Oss daar actief was.
Situatieschets Oss
In amper twee generaties veranderde de plattelandsgemeente Oss van een hoofdzakelijk agrarisch dorp in een industriecentrum waarin de boter- en vleesverwerkende industrie een bepalende rol speelde. Het begon rond 1870 met de boterfabricage van de firma’s Jurgens en Van den Bergh. Eerst elkaars concurrenten en (veel) later de grondleggers van het wereldwijde Unilever. De slachterijen van Hartog en Zwanenberg die zich in de tweede helft van de negentiende eeuw in Oss vestigden waren vanaf het begin felle concurrenten van elkaar en bleven dit tot de jaren zeventig van de vorige eeuw.
Ook de textielfabriek Bergoss stond in Oss. Deze was voortgekomen uit een fabriekje dat David van den Bergh in 1835 was begonnen. Deze David was een broer van Simon van den Bergh, die destijds met de boterfabriek Van den Bergh was begonnen.
De overgang van een agrarisch georiënteerde gemeenschap naar het geregelde fabrieksleven bracht naast een vast inkomen een aantal nadelen met zich mee. Het werk in de fabrieken was zwaar en de dagen lang, vaak niet zonder gevaar en de verdiensten waren erg laag.
Het merendeel van de bevolking paste zich aan de nieuwe situatie aan. Voor een aantal was het moeilijk zich dit geregelde leven eigen te maken. Een leven waar men was overgeleverd aan de luimen van de fabrikanten en fabrieksbazen. De mensen die zich niet wilden of niet konden aanpassen zetten zich af tegen de autoriteit en het gezag. Dit leidde vaak tot werkloosheid en verval in diepe armoede en soms tot criminaliteit.
De geschiedenis van wat is gaan heten ‘de Bende van Oss’ speelt zich af tegen die achtergrond over een periode van zo’n 50 jaar.
Bende van Oss of Bende in Oss
Eigenlijk is ‘de Bende van Oss’ een misleidende term. Het wekt de suggestie van een strak geleide organisatie en een duidelijke afbakening. Maar dat was niet het geval. Het is wél waar dat het in die tijd een bende was in Oss. En dat uitte zich het meest nadrukkelijk in veel criminaliteit. De Bende van Oss was niet een vaste groep; meer een zwerm spreeuwen zonder duidelijke leider, waar ‘leden’ bij komen en weer uitzwermen. Veel van de bende’leden’ woonden op en om het Schaijksche Veld in Oss.
Er was zoveel criminaliteit in en rond Oss dat de overheid er – naast de gemeentepolitie – ook een eenheid van de marechaussee stationeerde in de hoeve Elzenburg nabij Oss. Dat leidde tot veel arrestaties (en het sterk afnemen van de criminaliteit), maar ook bracht het andere zaken aan het licht: corruptie door de overheid, seksueel misbruik door een fabrikant van zijn werkneemsters én kindermisbruik door twee pastoors. De toenmalige minister van Justitie (Carel Goseling van het kabinet Colijn V) bedreef vriendjespolitiek en wilde onder meer de actieve en effectieve eenheid van de marechaussee opheffen. Dat staat bekend als ‘de zaak Oss’ en leidde feitelijk tot het einde van zijn ministeriële loopbaan.
Oorzaken
Er is niet één oorzaak te noemen voor de bende in Oss. Maar verreweg de belangrijkste oorzaak was de enorme armoede onder grote delen van de bevolking van Oss. Het waren vaak grote gezinnen die leefden in kleine, armoedige huizen. Vaak vormde een klein boerenbedrijfje de basis voor het gezinsonderhoud, maar moest dat worden aangevuld met tijdelijke baantjes in de fabrieken van de vader en de oudste zoons en dochters. In die situatie was het erg verleidelijk om iets te pikken als de situatie zich voordeed. Veel criminele carrières begonnen met bijvoorbeeld een kippendiefstal. Vervolgens werden dat grotere diefstallen, roofovervallen en moorden. Een favoriete activiteit was ook het oplichten van de verzekering door brandstichting.
Verdere oorzaken waren:
- De neerbuigende houding van de economische, geestelijke en wereldlijke machthebbers in de stad en het door de elite (o.m. de notaris en een fabrieksdirecteur) met minachting misbruik maken van de afhankelijke positie van de armen.
- Een afkeer van het gezag door de meeste Ossenaren, waarschijnlijk mede gevoed door het voorgaande.
- De grote onderlinge verbondenheid van de Ossenaren, hetgeen er toe leidde dat vrienden meegetrokken werden in de criminele klusjes en er gezwegen werd over de misstappen van de anderen.
- De vaak onbuigzame manier waarop de marechaussee zijn taak vervulde. Dat gold onder meer voor de in 1893 vermoorde wachtmeester Geerard Hoekman. Hij zette mensen tegen elkaar op. Overigens waren er ook mannen in deze eenheid die hun taak invoelender aanpakten. De wachtmeester Chris de Gier (jaren 30 van de 20e eeuw gestationeerd in Oss) kwam zelf ook uit een arm boerengezin en kon zich goed in de positie van de Ossenaren verplaatsen. Hij kreeg derhalve ook meer waardering en respect.
- De slechte samenwerking tussen de eenheid van de marechaussee in Oss en de gemeentepolitie.
- De tegenstelling tussen katholieken en protestanten. Vrijwel de gehele bevolking was katholiek. Wachtmeester Geerard Hoekman was protestant. De gemeentepolitie was katholiek (en stond sterk onder invloed van de stadselite); de eenheid van de marechaussee was samengesteld uit protestanten (en liet zich veel minder onder druk zetten).
- De afkeer van het westen. Dit werd onder meer gevoed door het feit dat het Maasland (ten noorden van Oss) werd gebruikt als waterbuffer. Bij hoog water in de Maas werd dit land onder water gezet om het water in de rivier te laten zakken. Daarbij liep het noorden van Oss ook onder water. En dat om de straten en de huizen in het Westen droog te houden! De vermoorde Geerard Hoekman was een Zeeuw en de gestationeerde manschappen van de marechaussee kwamen ook uit het westen.
- Het sluiten van fabrieken in Oss waardoor de werkloosheid groter werd. Eerst was dat de sluiting van boterfabriek Van den Bergh in 1891 en later in de crisisjaren na 1929 meerdere fabrieken (met als eerste de margarinefabriek van Jurgens).
Toen Oss in 1399 stadsrechten kreeg, werd daarbij een bijzondere bepaling opgenomen. Die kwam erop neer dat een stedeling van Oss alleen voor doodslag of medeplichtigheid daaraan terecht kon staan, als twee onpartijdige stadsgenoten tegen hem getuigden. Dus als je maar zorgde dat die twee stadsgenoten niet te vinden waren ….. Of deze bepaling mede een oorzaak is geweest van de criminaliteit van 5 eeuwen later valt moeilijk te zeggen.
De bende’leden’
De moord op wachtmeester-commandant Hoekman op 27 maart 1893 wordt meestal genoemd als het begin van de Bende van Oss. In die tijd vonden er ook (moord-)aanslagen plaats op opzichters van boterfabrieken in Oss.
Voor de moord op Hoekman kwamen in november 1893 de volgende mannen voor de rechter:
- Gijsbertus (‘Gijp’) van Gelder, 30 jaar, jager
- Antonius van Berkum, 23 jaar, kuiper
- Joannes Gratianus (‘Cis’) de Bie, 27 jaar, boterwerker
- Petrus (‘Piet’) de Bie, 33 jaar, boterwerker
Alle vier zijn zij afkomstig uit Oss. Piet en Cis zijn broers.
Van Gelder kreeg (als enige) levenslang. In 1923 kreeg hij (ter gelegenheid van het 25-jarig regeerjubileum van Wilhelmina) gratie. Hij bleef tot zijn dood ontkennen dat hij het dodelijke schot had gelost. De andere drie kregen 15 jaar.
De vader van Antonius van Berkum was Martinus van Berkum. Deze had de bijnaam ‘De Baron’ en wordt beschouwd als de belangrijkste man van de bende in die eerste tijd. Op zijn 15e zit hij voor het eerst in de gevangenis (wegens bedelarij). Daarna volgen zeker nog 13 ‘kleine’ veroordelingen (onder meer voor diefstal, mishandeling en belastingontduiking). Hij vertrok in 1894 met een groot deel van zijn familie naar de USA om de politie te ontvluchten. Alleen zijn zoon Antoon (in de gevangenis) en zijn dochter Gerardina Wilhelmina (getrouwd) bleven in Nederland.
Toen de moord op Hoekman werd gepleegd, waren de meeste ‘leden’ van de Bende van Oss nog niet geboren. Het is na deze veroordelingen een tijdje wat rustiger in Oss. De lokale economie is wat aangetrokken en de werkloosheid is wat minder groot. Maar zo’n 15 tot 20 jaar na de moord op Hoekman laait de onrust weer op. Een eenduidige oorzaak voor die nieuwe criminaliteitsgolf is lastig te geven. De enorme armoede was er in de jaren daarvóór ook al en de economisch crisis (met nog meer werkloosheid) begint pas vanaf 1929 (en heeft toen zeker ook een rol gespeeld).
In die ‘tweede golf’ in de jaren ’20 en ’30 van de 20e eeuw is een aantal families opvallend aanwezig. De Van Berkums horen daar niet meer bij. Het vertrek van ‘De Baron’ met zijn gezin naar Amerika heeft daar ongetwijfeld aan bijgedragen.
De familie De Bie is goed vertegenwoordigd. Er zijn zeker zeven De Bie’s die in deze periode voor meerdere vergrijpen terecht staan. Zij behoren allemaal tot de familie van Piet en Cis de Bie, die decennia eerder een rol hadden bij de moord op Hoekman.
Andere Osse (familie)namen die in die tijd met meerdere vertegenwoordigers voorkomen in de annalen van de rechtbanken zijn: Van Berne, Den Brok, Van Galen, Van Geene(n), Hendriks, Van Orsouw en De Reuver. Deze families waren onderling ook door huwelijken met elkaar verbonden. Een plek waar veel misdrijven werden gepland, was de ‘stille kroeg’ (= illegaal café) aan de Berghemseweg bij het Schaijksche Veld. Deze kroeg werd gedreven door ‘Hanneke van Martekus’ (officieel: Joanna Maria Vossenberg, via haar moeder familie van de De Bie’s). Zij had zelf een voorname rol in het plannen van de misdrijven, maar nam daar niet aan deel.
In totaal zou het gaan om ca. 300 (opgeloste) misdrijven. Daarvan zijn er zo’n 50 voor de rechter behandeld met in totaal ca. 80 daders. Hieronder een lijst van de veroordeelden:
Naam | Bekend als | Geboortejaar | Veroordeeld voor / verdacht van | Aantal jaren gevangenisstraf |
---|---|---|---|---|
W. M. de Bie | Wimke | 1918 | Roofmoord Ooijen | 7,5 |
M. F. de Bie | Marinus | 1888 | Roofmoord Ooijen | 10 |
J. de Bie | Koosje | 1902 | Inbraak en roofoverval Dinther | 11,5 |
P. J. de Bie | Peer | 1893 | Inbraken en roofovervallen | 17,5 |
P. W. de Bie | Piet | 1915 | Moord op Gerrit de Bie en overvallen | 18 |
A. F. de Bie | Ciske, Jerina Bron | 1900 | Brandstichting | 3 |
M. van Riekevoort | 1877 | Roofoverval Heesch | 5 | |
A. Snabel | Gerardus Gannef | 1892 | Tipgever en heler | 5 |
J. W. Lagarde | 1903 | Roofoverval Geffen | 2,5 | |
H. A. van der Putten | De Rut | 1912 | Roofovervallen en roofmoord Oijen | 10 |
J. J. Bevers | 1902 | Inbraak en roofoverval Dinther | 1 | |
J. C. van Geenen | Gerrit Hooij | 1898 | Inbraken en roofovervallen | 9,5 |
P. van Geene | Pietje, Puck Hooij, de Blauwe | 1895 | Inbraken en roofovervallen | 9 |
N. J. van Geene | Klaasje, Willem Hooij | 1888 | Brandstichting met 4 doden | - |
H. L. van Erp | Driek van Reinieren | 1877 | Brandstichting met 4 doden | - |
P. Wijnen | De Spekkoek | 1897 | Moord op Hartogs in Oss | - |
A. W. van Bakel | De Schipper | 1904 | Roofoverval | 2,5 |
L. van Orsouw | 't Schoentje | 1902 | Heling | 1 |
F. J. van Orsouw | Den Olie | 1910 | Inbraken en roofmoord Oijen | 10 |
M. van Orsouw | De Koperen | 1905 | Inbraken en roofoverval Alem | 10 |
J. Benkers | 1884 | Brandstichting | 7 | |
F. N. van de Wetering | Frans de Brommert | 1910 | Roofoverval te Veghel | 5 |
J. P. Ceelen | De Ceel | 1912 | Moord op Van de Pas en roofovervallen | 18 |
A. J. Ottens | 't Snoesje | 1912 | Roofoverval te Oss | 3 |
A. J. Hendriks | Dikke Toon de Soep | 1902 | Roofovervallen en brandstichting | 10 |
A. J. Hendrik | Jonge Toon de Soep | 1911 | Roofmoord Oijen en roofoverval Uden | 11 |
A. M. Hendriks | De Saai, Slappe Toon | 1891 | Inbraken | 5,5 |
H. C. van Galen | Cornelis van Nispen | 1910 | Roofovervallen en inbraken | 6 |
J. J. van Galen | Koosje, Jacobus van Nispen | 1899 | Roofovervallen en inbraken | 10 |
G. J. van Galen | 1903 | Brandstichting | 8 | |
P. J. van Galen | Piet, Leo van Nispen | 1902 | Inbraken | 3 |
L. Vos | Bijs de Sijp, Noest | 1900 | Roofovervallen en inbraken | 10 |
C. L. Ulijn | 1906 | Inbraken | 1,5 | |
W. H. Tunissen | De Klits | 1887 | Roofoverval | 6 |
J. van der Veer | 1899 | Brandstichting | 2,5 | |
J. M. Vossenberg | Hanneke van Mattekus | 1889 | Heling | 3,5 |
C. Vossenberg | De Witte, De Fent | 1876 | Diefstal en moord | 6 |
L. A. J. van den Heuvel | Den Brus, Leonard den Brus | 1892 | Roofovervallen en inbraken | 14 |
H. A. Reijnders | 1913 | Inbraken | 1,5 | |
Th. J. van Berne | Dotje | 1903 | Brandstichting met doden en overvallen | 14 |
J. A. van Berne | 1910 | Inbraak en heling | 2,5 | |
J. J. van Berne | Koosje, Toon Sossen | 1900 | Doodslag op Van Galen en overvallen | 15 |
W. A. Bloemers | 1906 | Roofoverval, brandstichting en inbraken | 10 | |
Chr. H. den Brok | 1904 | Roofoverval en diefstal | 1,5 | |
A. H. den Brok | 1906 | Roofoverval, brandstichting en inbraken | 10 | |
J. M. den Brok | Jantje | 1909 | Inbraken en roofoverval | 9,5 |
M. J. den Brok | 1900 | Brandstichting en inbraak | 2 | |
F. de Reuver | 1904 | Roofoverval te Oss | 3 | |
M. J. de Reuver | Bijs | 1898 | Roofovervallen en inbraken | 11 |
L. L. de Reuver | De Kippenkoning | 1891 | Roofoverval te Alem en inbraak | 2 |

Moorden:
- 26 maart 1893: wachtmeester van de marechaussee Geerard Hoekman (door Gijsbertus van Gelder, Antonius van Berkum, Joannes Gratianus de Bie en Petrus de Bie)
- 27 december 1916: Marinus van Heesch. De ontslagen veldwachter Kees Stroop krijgt in 1917 in hoge beroep 20 jaar cel voor deze roofoord.
- 21 juli 1923: Maria Helena Philomena Kusters (weduwe Haartmans) te Hoensbroek; dochter ernstig mishandeld (door P. B., van O. (Witte van Torre), V. en v.d. B.)
- 2 september 1925: Johanna Maria Boeijen (vrouw van Theodorus Nijs).
- 5 december 1925: Johannes Lambertus Hartogs (Jantje van Mas) (verdachte Petrus Wijnen bekent, maar wordt vrijgesproken)
- 10 augustus 1926: Elisabeth Johanna van der Putten (vrouw Joannes Adrianus van Zantvoort) en haar drie kinderen (a.g.v. brandstichting; formeel: doodslag) (door o.m. Th. V. ?)
- 11 december 1929: Gerardus van Galen (door zijn neef Jacobus Johannes van Berne)
- 9 november 1932: Johannes Marinus Cornelus van der Pas (door Johannes Petrus Ceelen)
- 9 augustus 1933: Gerrit de Bie (door Petrus Wilhelmus de Bie)
- 15/16 mei 1934: Antonius Verhoeven aan het Benedeneind in Oijen. Zijn broer Petrus werd zwaar verwond (door Franciscus Johannes van Orsouw, Hendrikus Adrianus van der Putten, Wilhelmus Martinus de Bie en Antonius Johannes Hendriks ‘de jonge’)
Roofovervallen:
- 24-25 december 1926: Dina van der Doelen en haar broertje (door o.m. Lambertus Vos)
- 28/29 april 1930: J. van Grinsven te Nistelrode (door Marinus Johannes de Reuver, Adrianus Wilhelmus van Bakel en Willem Hendrik Tunnissen)
- 2 november 1930: mej. Kuipers – van Orsouw (vrouw van koopman Johannes Kuypers) te Oss (Zevenbergsche hei) (door Wilhelmus Antonius Bloemers, Franciscus de Reuver en Johannes Marinus den Brok)
- 21 november 1931: T. Koerten te Neerloon (door Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos en Petrus Johannes de Bie)
- 30/31 mei 1932: gezusters Van Eldijk (Anna Elizabeth (43 jr) en …) te Lith (door Jacobus Johannes van Galen, Johannes Antonius van den Akker, Lambertus Vos en Antonius Johannes Hendriks)
- 30 april/1 mei 1933: gezusters v.d. Heuvel in de Broekstraat te Herpen (door o.m. Antonius Johannes Hendriks op aangeven van Abraham Snabel)
- 6/7 mei 1933: C. van den Burgt (72 jr) te Veghel (door Franciscus Nicolaas van de Wetering, Petrus Wilhelmus de Bie en Gerardus Johannes de Bie)
- 24/25 december 1933: landbouwer H. W. Christiaans te Heesh (door Michael van Riekevoort, Hendrikus Cornelus van Galen en Johannes Marinus den Brok)
- 16/17 maart 1934: landbouwer M. Schepels te Mariaheide (gem. Veghel) (door Petrus Johannes de Bie, Leonardus Antonius Joseph van de Heuvel, Antonius Johannes Hendriks en Johannes Petrus Ceelen)
- 3/4 april 1934: landbouwer Hendrik Geven (72 jaar) te Deurne (door Petrus Wilhelmus de Bie en Johannes Petrus Ceelen na een tip van kippenhandelaar M. v.d. E.)
- 8/9 februari 1935: P. (of B.) Verhoeven te Loon op Zand (Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos, Leonardus Antonius Joseph van den Heuvel en Petrus Johannes de Bie)
- ??: echtpaar Bouwmans te Uden (door Hendrikus Adrianus van der Putten, Petrus Johannes de Bie, Antonius Johannes Hendriks ‘de jonge’ en Johannes Petrus Ceelen)
- ??: roofoverval te Alem (door o.m. Maricus van Orsouw)
- ??: Betje van Dijk te Geffen
- ??: boerderij te Nuland (kerstnacht)
Inbraken:
- 23/24 november 1928: C. Pijnappels te Heesch (door Jacobus Johannes van Galen, Jacobus de Bie en Theodorus Johannes van Berne)
- Eind 1929: Petrus van Sleeuwen te Dinther (door Jacobus de Bie, Jacobus Johannes van Galen, Antonius Johannes Hendriks en de Oostenrijker Püffing)
- 1930: de heer Van Ginkel te Oijen (door Marinus Johannes de Reuver, Jacobus Johannes van Berne en Van Orsouw)
- November 1930: de heer Hes in het villapark in Oss (door Marinus Johannes de Reuver en Wilhelmus Antonius Bloemers)
- 7 mei 1933: N. W. M. de Louw (door Antonius Hendrikus de Louw, Petrus Johannes de Bie, Antonius Johannes Hendriks en Lambertus Vos)
- 16/17 mei 1933: gemeentehuis te Gassel (door Petrus Johannes de Bie, Leonardus Antonius Joseph van de Heuvel, Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos en Pietje de Kock; tipgever: Abraham Snabel)
- 18/19 juli 1933: landbouwer Gr. te Boekel (door o.m. Antonius Johannes Hendriks op aangeven van Abraham Snabel)
- 29/30 juli 1933: A. van Gaal te Langenboom (Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos, Leonardus Antonius Joseph van den Heuvel en Petrus Johannes de Bie)
- 19/20 augustus 1933: A. H. Mensink te Reutum (Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos, Leonardus Antonius Joseph van den Heuvel en Petrus Johannes de Bie)
- September 1933: inbraak in Rethum (Tubbergen, Ov.) (door Antonius Johannes Hendriks e.a. op aangeven van Abraham Snabel)
- Najaar 1933: Timmermans te Oss (door P. van Geenen, Theodorus Johannes van Berne en Petrus Johannes van Galen)
- 11/12 januari 1934: molenaar Gerrit van Huiseling te Langenboom (door Petrus Johannes de Bie, Leonardus Antonius Joseph van de Heuvel, Antonius Johannes Hendriks en Lambertus Vos; tipgever en chauffeur: Abraham Snabel)
- 20/21 januari 1934: pakhuis van slager P. J. Janssen (door Martinus Johannes den Brok, Lambertus Vos, Johannes Jacobus Bevers, ….)
- 4/5 februari 1934: slager H. J. Jansen (door Johannes Antonius van Berne, Theodorus Johannes van Berne en Hendrikus Adrianus Reijnders)
- 14/15 juli 1934: K. Weideman te Heeswijk (door Antonius Hendrikus den Brok en Maricus van Orsouw)
- 1934: Vos aan het Teugenaarspad te Oss (door Johannes Petrus Ceelen en Antonius Johannes Hendriks)
- 24-25 december 1926: Dina van der Doelen en haar broertje (door o.m. Lambertus Vos)
- 28/29 april 1930: J. van Grinsven te Nistelrode (door Marinus Johannes de Reuver, Adrianus Wilhelmus van Bakel en Willem Hendrik Tunnissen)
- 2 november 1930: mej. Kuipers – van Orsouw (vrouw van koopman Johannes Kuypers) te Oss (Zevenbergsche hei) (door Wilhelmus Antonius Bloemers, Franciscus de Reuver en Johannes Marinus den Brok)
- 21 november 1931: T. Koerten te Neerloon (door Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos en Petrus Johannes de Bie)
- 30/31 mei 1932: gezusters Van Eldijk (Anna Elizabeth (43 jr) en …) te Lith (door Jacobus Johannes van Galen, Johannes Antonius van den Akker, Lambertus Vos en Antonius Johannes Hendriks)
- 30 april/1 mei 1933: gezusters v.d. Heuvel in de Broekstraat te Herpen (door o.m. Antonius Johannes Hendriks op aangeven van Abraham Snabel)
- 6/7 mei 1933: C. van den Burgt (72 jr) te Veghel (door Franciscus Nicolaas van de Wetering, Petrus Wilhelmus de Bie en Gerardus Johannes de Bie)
- 24/25 december 1933: landbouwer H. W. Christiaans te Heesh (door Michael van Riekevoort, Hendrikus Cornelus van Galen en Johannes Marinus den Brok)
- 16/17 maart 1934: landbouwer M. Schepels te Mariaheide (gem. Veghel) (door Petrus Johannes de Bie, Leonardus Antonius Joseph van de Heuvel, Antonius Johannes Hendriks en Johannes Petrus Ceelen)
- 3/4 april 1934: landbouwer Hendrik Geven (72 jaar) te Deurne (door Petrus Wilhelmus de Bie en Johannes Petrus Ceelen na een tip van kippenhandelaar M. v.d. E.)
- 8/9 februari 1935: P. (of B.) Verhoeven te Loon op Zand (Antonius Johannes Hendriks, Lambertus Vos, Leonardus Antonius Joseph van den Heuvel en Petrus Johannes de Bie)
- ??: echtpaar Bouwmans te Uden (door Hendrikus Adrianus van der Putten, Petrus Johannes de Bie, Antonius Johannes Hendriks ‘de jonge’ en Johannes Petrus Ceelen)
- ??: roofoverval te Alem (door o.m. Maricus van Orsouw)
- ??: Betje van Dijk te Geffen
- ??: boerderij te Nuland (kerstnacht)
- ??: rijwielhandelaar Schoppema te Schaijk (door Marinus Johannes de Reuver en Jacobus Johannes van Berne)
- ??: familie Verkuijlen te Teeffelen (door Marinus Johannes de Reuver en Jacobus Johannes van Berne); inbraak mislukt
Brandstichting:
- 16 januari 1932: woning van J. J. van Vugt (door hemzelf en Antonius Hendrikus den Brok en Hendrikus Cornelus van Galen)
- 12 mei 1932: woning van Johannes de Veer (door hemzelf en de broers Jacobus Johannes van Galen en Hendrikus Cornelus van Galen en hun zwager Maricus van Orsouw)
- 7/8 juni 1933: woning met bakkerij en schuur in Megen van hotelhouder J. F. Benkers uit Veghel (door hemzelf en Gerardus Johannes de Bie en Petrus de Bie) met levensgevaar voor G. van den Broek en J. M. van de Rijt
- Begin juli 1934: sportpark Oss (door Nicolaus Henricus Schuijers en Antonius Johannes Hendriks en directeur van de wielerbaan Joannes Francis Verhoeven.)