| Aantekeningen |
- Van : www.joodsmonument.nl
Het lot van Levie van Loggem, zijn vrouw Rebecca Brilleslijper en hun kinderen Marcel en Fiena.
Door: Redactie Joods Monument
Levie van Loggem was op 23 November 1902 in Amsterdam geboren als een zoon van Mozes van Loggem en Roosje Kanes. Op 4 November 1924 trouwde hij in Amsterdam met Rebecca Brilleslijper, geboren op 23 Juli 1906 en dochter van Ruben Brilleslijper en Vogeltje Barend. Het echtpaar kreeg twee kinderen, t.w. Marcel in 1927 en Fiena in 1929. Het hele gezin is tijdens de Sjoa vermoord.
Zijn schoonvader, die in 1887 in Amsterdam geboren was, kwam op 29 Maart 1903 vanuit de vlak bij Brussel gelegen gemeente Schaarbeek naar Amsterdam om die dag in het huwelijk te treden met Vogeltje Barend. Zij woonden in de Foeliedwarsstraat in het oude centrum van Amsterdam, waar vijf kinderen Van Loggem geboren zijn. Zijn dochter Rebecca uit 1906, ging op 5 Juli 1919 met haar ouders mee, toen die opnieuw naar Schaarbeek vertrokken. Vijf jaar later, op 26 September 1924 keerde zij vanuit België terug in Amsterdam, om daar zes weken later met Levie van Loggem te trouwen.
Levie van Loggem was koopman in groente en fruit, net als zijn vader Mozes van Loggem en schoonvader Ruben Brilleslijper. In tegenstelling tot zijn schoonvader, verdiende zijn vader de kost in Amsterdam. Levie woonde thuis in Amsterdam op verschillende adressen in de Valkenburgerstraat en Nieuwe Achtergracht, totdat hij vanaf November 1924 met zijn vrouw een eigen woning betrok in de Marnixstraat 246.
Enkele maanden na de geboorte van hun zoon Marcel op 7 April 1927, verhuisde het jonge gezin op 20 September van dat jaar naar Schaarbeek bij Brussel. Echter al na één jaar keerden zij terug naar Amsterdam waar zij op 1 Mei 1928 opnieuw in de Marnixstraat 246 kwamen te wonen en waar op 20 Maart 1929 hun dochter Fiena werd geboren.
Op 17 September 1936 overleed Roosje Kanes in Den Haag, de moeder van Levie van Loggem en werd begraven op de Joodse Begraafplaats in Diemen. Levie vertrok in Februari 1938 met zijn beide kinderen naar een woning aan de Nieuwe Prinsengracht 28 hs, wat tevens hun laatst bekende adres in Amsterdam bleek te worden.
Het is onduidelijk wat de familie van Levie van Loggem in de maand Juli van 1942 is overkomen. Mogelijk wilden zij onderduiken om aan de Arbeitseinsatz en deportatie te ontkomen, of waren zij opgepakt omdat zij geen jodenster droegen, of zij zijn verraden – dat is niet bekend - maar wel bekend is dat Levie, zijn vrouw Rebecca en hun beide kinderen Marcel en Fiena door de Gestapo werden gearresteerd, waarbij Levie en Rebecca op 23 Juli 1942 in de Scheveningse gevangenis werden binnengebracht, beter bekend als het Oranjehotel.
Levie en zijn vrouw Rebecca hebben daar ruim vier weken in de Scheveningse gevangenis gezeten en ondervraagd door de beruchte SS-er Franz Fischer van de afdeling Judenreferat IVB4, die verantwoordelijk was voor de anti-Joodse maatregelen, deportatie, het arresteren van onderduikers. Maar ook het vervolgen van Joden die geen ster droegen of zich anderszins niet aan de maatregelen hielden. Het niet dragen van de ster zou mogelijk een reden kunnen zijn geweest om zo vroeg al te worden gearresteerd. Na ruim vier weken, op 23 Augustus werden zij vanuit de Scheveningse gevangenis overgebracht naar Westerbork en de volgende dag, 24 Augustus 1942 gedeporteerd naar Auschwitz.
Marcel en Fiena werden die fatale dag in Juli gelijk met hun ouders gearresteerd en overgebracht naar Den Haag, maar werden op last van de Sicherheitsdienst ondergebracht in het Gemeentelijk Verzorgingshuis voor Kinderen aan de Bilitonstraat 18 aldaar. Uit een aantekening op hun registratiekaarten van de Joodse Raad - “Aus Transport von 25-VII-'42 Den Haag Westerbork am 24 Aug auf Transport gegangen” – blijkt dat zij op 25 Juli 1942 vanuit Den Haag al zijn overgebracht naar Westerbork. Daar hebben zij moeten wachten op hun ouders, die op 23 Augustus vanuit het Oranjehotel naar Westerbork gestuurd werden, waardoor Marcel en Fiena de volgende dag, gelijk met hun ouders, op 24 Augustus 1942 naar Auschwitz konden worden gedeporteerd.
Het transport met 519 gedeporteerden van 24 Augustus kwam op 25/26 Augustus 1942 aan in Auschwitz en uit de database van de website Auschwitz-Birkenau Memorial and Museum/prisoners blijkt dat zij allen in het kamp zijn binnengekomen. Omdat de exacte datum van overlijden van het gezin van Loggem niet bekend is, heeft het Nederlandse Ministerie van Justitie middels overlijdensaktes, die in opdracht zijn uitgeschreven door de Gemeente Amsterdam, vastgesteld dat Rebecca van Loggem-Brilleslijper en haar dochter Fiena van Loggem op 26 Augustus 1942 in Auschwitz zijn overleden en dat Levie van Loggem en zijn zoon Marcel van Loggem op 30 September 1942 in Auschwitz zijn overleden.
|
1902 - 1942 (39 jaar)