Willem Jemmink

Mannelijk 1778 - 1853  (75 jaar)



  • Naam Willem Jemmink 
    Geboorte 10 okt 1778  Vorden Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Geslacht Mannelijk 
    Recordnummer 400287 
    Overlijden 20 dec 1853 
    Aantekeningen 
    • Ook: Jimmink

      Uit: Gens Nostra, Tijdschrift voor familiegeschiedenis, jaargang 75, nr 3, mei / juni 2020:

      Van Willem doet het verhaal de ronde dat hij een bastaard is uit een adelijke familie op kasteel Hackfort te Vorden.

      Willem moet tussen 27 oktober 1798, volgens een lidmatentelling te Bredevoort, en vóór koop van een half huis met erve en boet op 22 september 1803 naar Den Helder zijn gekomen. In de familie circuleert nog de overlevering dat hij aanvankelijk knecht was in de herberg 'Het Wapen van Haarlem' en daarna lichtseiner. Later, tussen 1807-1809, doet hij nog enkele aan- en verkopen in het gebied ten zuiden van het militaire barakkenkamp. Vergeet niet dat we nog in de Franse tijd ziften! In 1809 werd hij pachter van de domeinhoeve 'Vreede en Vrijheid' voor de som van f 1005,- per jaar. Een aanzienlijk bedrag en opvallend kort na het overlijden van zijn later nog te noemen moeder. De aanleg van de fortenring rond Den Helder, de daaropvolgende krijgsverrichtingen en het desastreuze beleg van Den Helder, alsmede de dieverijen door het grote aantal werklieden en militairen, brachten hem aan de afgrond. Nog tot 1819 was hij bezig met rekesten aan de koning om genoegdoening voor de geleden schade Bij de veiling van de verpachting in 1815 kreeg hij het domeingoed Quelderbeek met boerenwoning, vogelkooi en de gronden van de Kleine Keet toegewezen. Hij woonde zelf op de Kleine Keet tegen de duinen gelegen, die omstreeks 1808/09 was afgebrand en door hem opnieuw opgebouwd. Door de bedijking van het Buitenveld tot de polder Het Koegras en de aanleg van het kanaal werd een deel van zijn land onbereikbaar en kwam buitendljks te liggen. De vogelkooi werd onbruikbaar en hij had te lijden onder vernieling en plundering door werkvolk. Maar de aanhouder wint. Per einde 1821 deed hij afstand van de resterende pachtjaren en nam op 1 mei 1822 zijn intrek in hoeve Zandwijk aan de Ruigeweg in De Zijpe. Daar keerde het tij en braken zonniger tijden aan. In de loop der jaren kocht hij veel stukken land aan en meerdere boerenwoningen. Bij zijn dood werd zijn nalatenschap getaxeerd op rond f 83.000,-! Wie van het voorgaande en het navolgende uitgebreider en meer in detail kennis wil nemen wordt aangeraden het boek van Piet Dekker, Een 'gulden snede' door het Zijper geslacht B/oauboer te lezea Dekker heeft een voortreffelijke, omvangrijke en goed gedocumenteerde studie verricht naar het leven en de herkomst van Willem Jimmink.

      Wie waren nu de ouders van Willem Jimmink? Zijn vader was in elk geval Jan Jimmink, gedoopt Vorden 30 december 1753 en overleden/begraven te Bredevoort 24/26 februari 1803, dus kort voor het huwelijk van zoon Willem in Den Helder. Jan trouwde te Bredevoort 21 januari 1781 met Jenneken Wiemelink alias Enserink. geboren in Vorden 1756, dienstmeid op kasteel Hackfort te Vorden. Lag hier misschien de oorsprong van het familieverhaal over de bastaardij? Dan zou Jenneken door de baron of een van zijn zonen bezwangerd moeten zijn. Maar de baron was al drie jaar dood toen Willem werd geboren en zijn kinderen waren bij zijn ovenlijden op 24 juni 1775 allen minderjarig en te jong. Jenneken geeft als weduwe en als moeder toestemming voor het huwelijk van Willem in 1803. Maar was ze wel zijn moeder of was zij zijn stiefmoeder? Jan en Jenneken vestigen zich na hun huwelijk komende van Vonden te Bredevoort. Daar kopen zij op 24 mei 1785 het zogenoemde Fekkenhuis. Na het overlijden van Jan in 1803 is de financiële situatie kennelijk bergafwaants gegaan, zodat dit huis in 1805 verkocht moest worden. Jenneken dient daarvoor op 20 maart een rekest in bij de drost en het gerecht van Bredevoort. Op 21 maart legt zij een verklaring af waarin al haar kinderen gesproten uit haar huwelijk rnet Jan worden genoemd. De kinderen zijn minderjarig op dochter Frederika na, die mede haar toestemming geeft. Opvallend genoeg ontbreekt Willem! Hij is meerderjarig en had als zoon toestemming moeten venlenen. Ergo, Willem is geen zoon noch een voorkind van Jenneke en zij is zijn stiefmoeder. Aangezien Willem wel in dit gezin is opgegroeid, moet hij een voorkind van vaden Jan zijn. Maar wie was dan zijn moeder? Indachtig het familievenhaal komt Dekker al redenenend uit bij de weduwe van de baron, Anna Mania Dorothea van Lintelo tot de Mansch. Hun huwelijk was op 13 januari 1761 te Zutphen gesloten. De baron, Frederik Bonchand van Westenholt, was toen 34 jaan oud en zij 17 jaar. Zij baarde hem in 14 jaar tijd 9 kinderen (niet 6 of 8 zoals in de literatuur is vermeld!). De baron was een ongemakkelijk heerschap en liet haar bij zijn overlijden in 1775 achter met 7 jonge kinderen in de leeftijd van 2-12 jaar en een schuld van ruim f 50.000,--. Zelf was ze pas 32 jaar oud. In deze situatie was het noodzakelijk dat er voogden over de kinderen werden benoemd die tevens in het belang van de minderjarige kindenen het beheer van het hele landgoed Hackfort zouden gaan bestieren.
      Maar dan gebeurt er iets ongepast. De nog jonge weduwe valt voor haar pachter, dienstknecht en koetsier Jan Jimmink. Uit die relatie wordt Willem geboren, hij is dus een bastaardkind van de freule! Dat verklaart ook waarom er van hem geen doop te vinden is in de hele omgeving van Zutphen, Vorden en Bredevoort. Stel je voor! Dan zou ze al dan niet publiekelijk boete moeten doen voor de kerkenraad. Nee, het moet zo netjes en onopvallend mogelijk worden afgewikkeld en buiten de financiële boeken. Het is precies op dat moment dat Jan Jimmink ineens als pachter van de tienden van Hackfort optreedt. Door die constructie had hij recht op 10% van de opbrengsten. Ruim voldoende voor het onderhoud van Willem en het was niet zichtbaar in de boeken. Terecht is Dekker in zijn conclusies voorzichtig gebleven, want harde bewijzen voor deze gang van zaken ontbreken. Maar het drama zou nog groter worden! Wat Dekker in 2004 nog niet kon weten, maar later door Johan Hiddink in 2017 in het Oostgelders Tijdschrift voor Genealogie en Boerderijonderzoek aan het licht is gebracht, is dat er ook nog twee bastaarddochters zijn geboren. De eerste is Anna Frederica, die als dochter van Jan Jimmink en Anna Maria van Lintel wordt gedoopt (rk) te Wehl op 9 september 1780, en de tweede Johanna Maria, die circa 1783 in Bredevoort geboren moet zijn. De eerste dochter is vlak vóór het huwelijk van vader Jan met Jenneken Wiemelink geboren, de tweede tijdens zijn huwelijk, dus in overspel. Ai, dan wordt de buitenechtelijke relatie toch wel heel erg gênant! De doop van de eerste dochter lijkt wat buitenissig, maar past geheel in het verdonkeremanen. Wehl was namelijk als voormalige Kleefse enclave in handen van Pruissen en dus buitenland. En niemand zou een doop bij een pastoor zoeken. Waarschijnlijk is eenzelfde oplossing ook bij de tweede toegepast, waardoor die tot op heden nog niet is ontdekt.

      Keren wij terug naar de freule. Onder haar kinderen is ook een zoon Alexander Jan August baron van Westerholt tot Hackfort. Hij is in Vorden geboren in 1772, wordt in 1783 adelborst in Amsterdam, maakte carrière bij de marine, nam deel aan diverse zeeslagen in de Bataafs-Franse Tijd, waaronder de slag bij Kamperduin in 1797, nam vervolgens ontslag, trouwde en vestigde zich in Den Helder. Na nog een korte tijd in zeedienst van 1799-1802, was het met zijn maritieme loopbaan gedaan. Hij werd maire en burgemeester van Den Helder 1810-1816. Het is opvallend dat juist in de tijd dat hij zich in Den Helder vestigde ook Willem Jirnmink opduikt. We kunnen ons niet aan de indruk onttrekken dat zijn adellijke halfbroer een handje heeft geholpen om de inmiddels volwassen geworden Willem ver weg te krijgen uit de Achterhoek om schandalen te voorkomen. Willem kon als bastaard geen adelborst worden, maar hij kon natuurlijk wel middels een warme aanbeveling op domeingoederen een plek krijgen. Hij moest zich wel bewijzen en dat heeft hij mogen wij wel zeggen met verve en taaie volharding gedaan!
      Op de verdere gang van zaken en het adellijke voorgeslacht komen we onder de titel De freule en hoor pachter nog terug in Gens Nostra nummer 5, waar de regio Gelderland-Overijssel onder het motto Adel en horigheid aan bod komt. En daarin zal ook nog een opzienbarende ontdekking worden gepresenteerd.
    Persoon-ID I400287  groeneveld
    Laatst gewijzigd op 14 mei 2020 

    Vader Jan Jimmink,   ged. 30 dec 1753, Vorden Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 24 feb 1803, Bredevoort Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd ~ 49 jaar) 
    Gezins-ID F1589455524  Gezinsblad  |  Familiekaart

    Gezin Elisabeth Christina de Vries,   geb. 28 aug 1782, Amsterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 10 dec 1853 (Leeftijd 71 jaar) 
    Huwelijk 13 nov 1803  Amsterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Type: civil 
    Kinderen 
     1. George Willem Jemmink,   geb. ca. 1818, Den Helder Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. Ja, datum echter onbekend
     2. Daniel Jimmink,   geb. 15 jun 1821, De Zijpe Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 4 mrt 1911, Den Helder Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd 89 jaar)
    Gezins-ID F1589455516  Gezinsblad  |  Familiekaart