Aantekeningen |
- won. te Amerongen
In 1646 voert Henrick Thonisz Colffschoten proces tegen Roeloff Sarren/Sanders, op 't Willer, Sander Arresz, op
't Willer, Anthoni, op Renes, Cornelis Jans van Ebbenhorst en Brandt Gijsbers, wegens inning van het zout- en botergeld van de koeien, 5 st. per koe. (Recht. Arch. Scherpenzeel 2 fol. 239vo,2x; 21-12-1646, fol.242vo,244,244vo; 01-02-1647. Recht. Arch. Sc
herpenzeel 1 fol. 108 en 2 fol. 245vo-246vo; 22-02-1647).
In 1662 draagt Brant Gijsbertsen op de Haer 5 gl. bij tot de reparatie van het leidak van de kerk van Scherpenzeel (HGS 273).
In 1663 eist de schout van Brant Gijsbertsz en Willem Gijsbertsz, broers, 8 herenponden boete (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 06-10-1662, 08-09-1662, 24-08-1663, 05-10-1663,26-10-1663).
Jan Rutgersz daagt Willem Gijsbertsz namens zijn broer Brant Gijsbertsz voor het gerecht (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 20-07-1663, 24-08-1663,05-10-1663, 26-10-1663).
In 1674 is Neeltje, wed. Aert Janssen bruiker Klein Donkelaar (Familiegeld Eemland).
Van 1693-1709 de wed. Brant Gijsbertsz eigenaar en bruiker van Klein Donkelaar. (Oudschildgeld Donkelaar B1).
Gegevens over Klein Donkelaar in archief Herv. Kerk van Leusden (Zuid). Gegevens in boek: Donkelaar, Klein en Kaal, door W. Bos.
Sijmon Beerntsen en Jan Gerritsen, pachters van de novale tiend sluiten met Maeijtgen Arrissen, wed. Brant Gijsbertsz, een akkoord over het inzaaien van een half morgen novalis of nieuw land bij de boerderij De Haar (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 20
-08-1677).
Sijmon Baerntsen en Jan Gerritsen, kleermaker eisen betaling van de novalie tiend van een kamp land van Sander Arrissen namens zijn zuster Maeijtgen Arissen, wed. op De Haer (Recht. Arch. Scherpenzeel 3; 07-08-1676, 06-11-1676,11-12-1676, 12-02-1677, 21-05-1677).
Maeijtje Andriessen, wed. Brant Gijsbertsen eist betaling van een obligatie van f 50,= van Jochem Reijersen, mede erfgenaam van Reijer Hendricksen, op Bitterschoten en Reijer Jacobsen x Neeltje Reijers, zus van Jochem (Recht. Arch. Scherpenzeel 3;13-06-1681).
|