Aantekeningen |
- Afkomstig van Amerongen.
Octrooi om te testeren: 07-03-1623.
In 1617 wordt Anthonis Brantsz beleend met een hofstede en venen in de Ginkel na dode van zijn vader; 3 tijnzen (Huis Amerongen 1181, f. 41; 25-11-1617).
Joffr. Angenis uten Weerde met haar broeder Jonker Adriaan uten Weerde verkopen aan Anthonis Brants en Gijsbert Brants, gebroeders, zoenen van Brant Theunisz veen en velt in de Ginkel, van de Haar tot de Grift, west: Cathuysers; oost: de kinderen van Henrick Eelgis (Amerongen; dorpsgerecht 140; 22-10-1618). Dezelfden verkopen een veen tot Ginkel aan Jan Wouters, getr. met Geertje Brantsdr. (Amerongen; dorpsgerecht 140; 07-06-1619).
(In 1621 worden de twee verkopers erfgenaam van Gerrit Uten Weerde genoemd en in 1651 is Adriaan Uten Weerde ‘Heer tot Boekhorsterburg’ (=Boekenburg, bij Voorhout, ZH. Adriaan was daarmee beleend in 1644 na dode van zijn tante Catharina van Broekhuizen).)
In 1633 wordt Anthonis Brandsz na dode van zijn broer Brant Brantsz beleend met de Schreyheuvel onder Woudenberg (Leenhof 103, f. 69. Bel Holevoet nr. 17). In 1647 wordt zijn zoon Brand Anthonisz er mee beleend (Leenhof 105, f. 58).
In 1628 voert Crijn Michielsz proces tegen Thonis en Gijsbert Brants. Thonis Brantsz en Jan Lubbertsz als oudste zoon van Lubbert
Henricksz. Zij bekennen van hun vader ende bestevader de schuld, ieder voor een vijfde deel (Dorpsgerecht Amerongen 124; 30-09-1628).
|