Ir. Marchienus Marius van Hoffen

Mannelijk 1911 - 1955  (44 jaar)


Persoonlijke informatie    |    Media    |    Alles

  • Naam Marchienus Marius van Hoffen 
    Titel Ir. 
    Roepnaam Max 
    Geboorte 23 jul 1911  Utrecht Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    • Het Utrechts Archief:

      Kind
      Marchienus Marius van Hoffen
      Geboortedatum
      23-07-1911
      Geboorteplaats
      Utrecht
      Geslacht
      Man
      Vader
      Hendrik Adriaan Marius van Hoffen
      Moeder
      Menziena Geziena Harmanna Trijntje Wolters

      Gebeurtenis
      Geboorte
      Datum
      23-07-1911
      Gebeurtenisplaats
      Utrecht
      Documenttype
      BS Geboorte
      Erfgoedinstelling
      Het Utrechts Archief
      Plaats instelling
      Utrecht
      Collectiegebied
      Utrecht
      Archief
      463
      Registratienummer
      151-03
      Aktenummer
      1870
      Registratiedatum
      24-07-1911
      Akteplaats
      Utrecht
      Collectie
      Utrecht 1911
    Geslacht Mannelijk 
    Beroep landbouwkundig ingenieur 
    Verblijfplaats 1941 
    Adres:
    Ugchelen 
    • "de Wildwal"
    Verblijfplaats 1951 
    Adres:
    Bennekom 
    Verblijfplaats tot 1955 
    Adres:
    Bennekom 
    • "De halve Houtsnip"
    Recordnummer 299720 
    Overlijden 26 aug 1955  Bennekom Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Aantekeningen 
    • Uit het Biografisch Woordenboek Gelderland, deel 10:

      Max van Hoffen werd in Utrecht geboren, waar hij zijn prille jeugd doorbracht aan de Breedstraat, nabij de familiedrukkerij Van Boekhoven. Toen zijn vader in 1919 directeur van de Hollandsche Draad- en Kabelfabriek, beter bekend als Draka, te Amsterdam werd, verhuisde het gezin naar een bedrijfswoning aan de Meeuwenlaan in Amsterdam-Noord. De lagere school en de eersie drie klassen van de middelbare school doorliep Van Hoffen in Amsterdam. Hij deed eindexamen aan de Munnik-hbs in Utrecht.
      Max van Moffen kwam in september 1931 als student van de toenmalige Landbouwhogeschool in Wageningen vanuit Amsterdam naar Gelderland. Het herinneringsboek voor Van Hoffen, Een Veluws dorp, bevat veel anekdoten over de jeugdige Van Hoffen die suggereren dat hij als student alleen voor het plezier leefde. Zo dreigde de Arnhemse Rijnbrug in 1935 vanwege het sombere tijdsgewricht zonder plechtigheid te worden geopend. De Wageningse studenten ensceneerden een opening. Van Hoffen speelde de Commissaris van de Koningin en na een vlammende rede verzocht hij de medestudent die in travestie de dochter van de directeur-generaal van Rijkswaterstaat vertolkte een lint door te knippen. Een deel van deze anekdoten moeten we als mystificaties beschouwen, want in 1936 werd de Rijnbrug dooi koningin Wilhelmina feestelijk geopend.
      Nog zo'n onwaarschijnlijk verhaal is dat Van Hoffen van zijn vader een briefje van duizend gulden kteeg om zijn schulden af te lossen. Na een zoveelste dolle kroegentocht was het briefje nog in tact; aangezien geen enkele uitbater deze coupure kon wisselen. Feit is wel dat student Van Hoffen niet op een cent hoefde te kïjken. Als eerstejaars kon hij zich al een auto veroorloven. Later wist hij een Dion Bouton uit 1908 op de kop te tikken, waarin hij tot zijn dood reed.
      Van Hoffen was een levensgenieter Hij heeft voor de (cuituur)geschiedenis van zijn omgeving grote verdiensten gehad, juist door zijn energieke en serieuze aanpak. Zijn grote leermeester was dr ir. W.A.I. Oosting (1898-1942), de grondlegger van de bodemkartering in Nederland. Deze bracht hem in aanraking met de bekoringen van de Veluwse geschiedenis en archeologie. In 1939 werden ze eikaars buren toen de pasgetrouwde Van Hoffen in Wageningen de Vijzelstraat 10 verruilde voor de Hertenlaan 4. Aan hel einde van Oostings leven werd Van Hoffen in 1942 tot diens executeur-testamentair benoemd.
      Op 4 januari 1940 overleed Van Hoffens vader in Zuid-Afrika. Hij was in Zuid-Afrika om te onderzoeken of hij er een wolfabriek kon opzetten. In dezelfde maand behaalde Van Hoffen zijn ingenieursdiploma en kreeg een baan aan bet Rijksbureau voor de Voedselvoorziening in Den Haag, Om die te behouden onder de Duitse bezetting moest bij in oktober 1940 net als alle ambtenaren een ariërverklaring tekenen. Hij werd vervolgens secretaris van het Bedrijfschap voor pluimvee en eieren in Beekbergen en promoveerde tot adjunct-directeur. In juni 1944 werd hij benoemd tot secretaris van de Vakgroep pluimvee en eieren in Den Haag.
      De reeks ambtelijke betrekkingen boeide hem echter niet zo. Van Hoffen was een man met een bredere belangstelling. Hij hield van toneel, kunst, monumenten, volkskunde, prehistorie, postzegels en van Suriname. En op elk van die gebieden was hij ook (bestuurlijk) actief. Uit overlevering is bekend dat met hem een begaafd toneelspeler verloren is gegaan, die door Albert van Dalsum tevergeefs voor het beroepstoneel werd geworven. In zijn grote tuin te Bennekom, waar hij sinds april 1943 het prachtige huis 'De Halve Houtsnip' aan de Edescheweg bewoonde, werden regelmatig opvoeringen georganiseerd. In 1944 werd hem het directeurschap van de Utrechtse Schouwburg aangeboden, maar volgens C.H. Edelman in zijn 'Schetsen uit het leven van ir. M.M. Van Hoffen' zag hij daar van af, omdat aan die baan het lidmaatschap van de Kultuurkamer was verbonden.
      Gedurende de eerste oorlogsjaren had hij in Voorburg en Ugchelen gewoond. In 1947 vroeg de van oorsprong Bennekomse Commissaris van de Koningin in Gelderland, jonkheer C.G.C. Quarles van Ufford, of hij belangstelling had voor de functie van burgemeester van Vorden. Van Hoffen twijfelde of hij dan wel lid wilde worden van de Chriistelijk-Hsiorische Unie, en zag af van het lidmaatschap. Van Sehaik werd benoemd in Vorden en Van Hoffen kon toen wel burgemeester worden van een Noord-Veluws dorp. Zowel van die post als van hel lidmaatschap van de CHU zag hij af. In die zin was hij geen conservatief, hoewel hij graag het verleden bewaarde. Zo deed hij begin jaren '40 een poging de Gelderche Volks-Almanak als typisch 19de-eeuws verschijnsel te doen herleven.
      Op 3 september 1944 begon Max van Moffen een dagboek waarin hij onder andere beschreef hoe hij na de geallieerde luchtlandingen van september 1944 in het café om de hoek, De Keijzer, een Oostenrijkse Wehrmacht-soldaat tot desertie overhaalde en hem liet onderduiken op zijn zolder. Na de evacuatie van 22 oktober 1944 stopte Van Hoffen mei zijn dagboek, dal nu in bezit is van het gemeentearchief Ede.
      De ondergedoken Oostenrijker werd opgepakt toen hij probeerde naar 'die Heimat' te fietsen. Hij verraadde Van Hoffen. Die werd op 6 maarl 1945 opgepakt door de bezetter en zat twee weken gevangen in de (gruwel)kelder van de Wormshoef in Lunteren. In Deventer hoorde hij de doodstraf tegen zich eisen. De strafgevangenis in Deventer werd echter in allerijl geëvacueerd toen de geallieerden de Rijn waren gepasseerd en snel de Achterhoek introkken. Van Hoffen en enkele anderen werden naar Duitsland afgevoerd, de achterblijvers werden de volgende dag gefusilleerd. Zijn tocht in Duitsland eindigde in Rathenau, waar hij als bij toeval werd vrijgelaten. Naar verluidt, hoorde Van Hoffen zijn Duitse begeleiders tegen elkaar zeggen dat zij de oorlog als verloren beschouwden. Hij zou hen vervolgens gevraagd hehben zich om te draaien en niet om te kijken. Er volgde een memorabele thuisreis te voet en per fiets. Op 17 mei 1945 keerde hij broodmager en gehavend, maar ongedeerd terug in Ede (Bennekom was geëvacueerd), waar men alleen wist dat hij niet in Deventer was terechtgesteld.
      Ook zijn zus Marianne en haar man Henri (de broer van zijn vrouw Jetje) kwamen na de Tweede Wereldoorlog naar Bennekom. Zij hadden het Jappenkamp overleefd en Van Hoffen liet voor hen op de Edescheweg nummer 74 door de bekende architect David Zuiderhoek een huis bouwen.
      Na de oorlog keerde Van Hoffen terug in zijn oude baan als ambteaar, maar hij deed liever andere dingen. Zijn grootste interesse ging uit naar zijn woonplaats Bennekom. In maart 1946 behoorde hij tot de oprichters van de Stichting Oud-Bennekom, de huidige Historische Vereniging Oud-Bennekoro. Met hem als eerste voorzitter ontstond binnen enkele jaren een bloeiende vereniging. Hij organiseerde lezingen, tentoonstellingen en excursies over Bennekom, de Gelderse Vallei en het Veluwegebied. Later volgde de oprichting van de Stichting Natuurschoon Bennekom die zich richtte op het verwerven van natuurschoon en die een groot aantal oude bomen op de Hullenberglaan wist te redden. Door Van Hoffens inzet bleven onder meer de historische boerderijen De Harn, De Raven en de havezate Boekelo in Bennekom behouden en kregen ze een plaats op de (rijks)monumentenlijst. In dit laatste monument had hij een studeerkamer, waar hij tot aan zijn dood gebruik van maakte. Ook maakte hij zich sterk voor het behoud van hei latere rijksmonument hoeve de Slijpkruik in Ede.
      Van Hoffen bestudeerde zijn omgeving uitvoerig. Zo dankt de gemeente Ede aan zijn werk een flnk aantal straatnamen, vaak gebaseerd op oude veldnamen.
      In 1946 dacht de nieuwe eigenaar van molen De Vlijt in Wageningen, Wouter van Veldhuisen, erover om de molen af te breken en te vervangen door een maalderij. Door de enthousiaste tussenkomst van Max van Moffen kwam het gelukkig niet zover. Ook de Doesburgermolen te Ede en De Nieuwe Molen in Gelders Veenendaal hebben hun voortbestaan te danken aan Van Hoffen. Verder was hij lid van de Vereniging Gelre, lid van de Studiekring voor de Veluwe (opgericht in 1947), correspondent van de Gelderse Monumentencommissie (opvolger van W.A.J. Oosting) in welke hoedanigheid hij in 1949 de concept monumenten-verordening opstelde voor de gemeente Ede. Hij was secretaris van de Gelderse Archeologische Stichting (sinds 1954), bestuurslid van zowel de Stichting 'Het Geldersch Landschap' en de Edese Kunsikring. In die zin was Van Hoffen een echte ondernemer, maar hij was geenszins zakelijk. Liever ging hij de boeren in de omgeving af om historische gebruiksvoorwerpen te verzamelen. Hij was ook in de buurt toen onder leiding van professor Albert E. van Giffen grafheuvels ontsloten werden. Alles wat Van Hoffen bij die opgravingen in bezit kreeg, is na zijn overlijden aan het Gemeentemuseum in Arnhem geschonken. Zijn inspanningen op cultuurhistorisch gebied waren vrijwilligerswerk. Een luxe die hij zich kon permitteren door hel faimiliekapilaal van de families Van Hoffen en Deketh.
      In 1948 ging Van Hoffen naar Suriname voor drukkerij J. van Boekhoven, waarvan zijn grootvader en vader medefïrmant en directeur waren. In 1950 en 1952 bezocht hij dit land opnieuw, maar toen in opdracht van het Planbureau Suriname. Hij leverde een gedegen studie over de mogelijkheden om citrussen te produceren in Suriname, maar een bestaan in Suriname strookte niet met zijn liefde voor de Gelderse Vallei en de Veluwe. Vervolgens was hij een jaar directeur van de 'familie-drukkerij', totdat die functie werd overgenomen door een neef en zijn zwager Henri Dekelh. Uiteindelijk besloot hij zich volledig te wijden aan de studie naar de mens in de Gelderse Vallei. Tot een promotie bij prof. dr. E.W. Hïofstee is het echler niet gekomen. Op 26 augustus 1955 overleed hij plotseling, nog vol plannen.
      Op 31 augustus werd hij in het bijzijn van de minister van Oorlog en Marine, Kees Staf (voormalig directeur van de Heidemij en topambtenaar van het ministerie van Landbouw), burgemeester van Ede, H.M. Oldenhof, de directeur van de Nederlandse Heidemaatschappij, vertegenwoordigers van het ministerie van Landbouw en de Landbouwhogeschool en vele dorpsgenoten ter aarde besteld op de Algemene begraafplaats van Bennekom. Hij werd bijgezet in de grafkelder die hij in 1951 na de dood van zijn moeder had gekocht.
      Ter nagedachtenis aan hem verscheen in 1958 als uitgave van de Stichting Oud Bennekom en met financiële steun van de gemeente Ede en de provincie Gelderland het boek Een Veluws dorp. Een kerinneringswerk voor ir. M.M. van Hoffen. In hetzelfde jaar besloot de gemeenteraad van Ede een straat te vernoemen. Waar eens 'De Halve Houtsnip' stond, slaan nu de woningen aan de Van Hoffenlaan.
    Persoon-ID I299720  groeneveld
    Laatst gewijzigd op 11 mrt 2018 

    Vader Hendrik Adriaan Marius van Hoffen,   geb. 12 apr 1881, Utrecht Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 4 jan 1940, Vereeniging (RSA) Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd 58 jaar) 
    Moeder Meziena Geziena Hermanna Trijntje Wolters,   geb. 18 sep 1875, Rotterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 26 jul 1951, Den Haag Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd 75 jaar) 
    Huwelijk 12 aug 1907  Ooltgensplaat Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Scheiding 25 feb 1937  Amsterdam Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Gezins-ID F1520511157  Gezinsblad  |  Familiekaart

    Gezin Henriëtte Deketh,   geb. 16 okt 1917, Batavia (Ned. Ind.) Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 4 feb 1978, Nijmegen Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie (Leeftijd 60 jaar) 
    Huwelijk 14 nov 1938  De Bilt Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatie 
    Type: civil 
    Kinderen 
     1. Levend
     2. Klaas Kornelis van Hoffen,   geb. 13 jun 1942, Ugchelen Vindt alle personen met gebeurtenissen op deze locatieovl. 1980 (Leeftijd 37 jaar)
     3. Levend
    Gezins-ID F1520511158  Gezinsblad  |  Familiekaart